GGzE heeft de erkenning voor haar opleiding tot psychiater voor onbepaalde tijd terug. Bovendien staan wij niet langer onder verscherpt toezicht. Dat liet de Registratiecommissie Geneeskundige Specialisten (RGS) GGzE weten. Een onverwacht groot cadeau. Maar wat betekent dat precies voor onze zorg? En voor onze samenwerking in de regio?
“Heel veel”, werpt hoofdopleider van GGzE Gerrit Glas meteen op. “Het feit dat we de opleiding van psychiaters mogen hervatten, is al belangrijk nieuws. Maar dat de RGS de erkenning toekent voor onbepaalde tijd is echt bijzonder en blij makend. Het betekent dat we niet elke vijf jaar hoeven te rapporteren over hoe het ervoor staat.” Met dit besluit van het RGS sluit GGzE een ongemakkelijke periode af. Die startte in 2022 toen artsen in opleiding tot specialist (AIOS) bij de RGS hun zorgen uiten over het leerklimaat bij onze organisatie. Dat zou onveilig zijn. Bovendien stond de kwaliteit van het interne toezicht op onze opleiding tot psychiater ter discussie. Daarop trok de RGS onze opleidingserkenning tijdelijk in en kwamen wij onder verscherpt toezicht.
Enorm belang
Sindsdien heeft GGzE keihard gewerkt om de erkenning terug te krijgen. Die is immers van enorm belang voor zowel de kwaliteit als de continuïteit van onze behandelingen. Inmiddels, oordeelt de RGS, is die kwaliteit gegarandeerd. “Dat komt vooral doordat wij onze kwaliteitscirkel uitstekend op orde hebben”, legt bestuurder Ingrid Willems uit. “Dat geeft de RGS veel vertrouwen in ons zelflerend en corrigerend vermogen. En die competentie is ook essentieel in onze zorgverlening.”
Trekt aan
De betekenis van de hernieuwde erkenning van onze opleiding tot psychiater moeten we volgens Gerrit overigens niet onderschatten. Natuurlijk in de eerste plaats omdat we ons zonder die erkenning opnieuw hadden moeten uitvinden. Als opleidingsinstituut hebben we steeds meer dan 200 stagiaires en opleidelingen onder dak, onder wie zo’n twintig psychiaters in opleiding. Die bieden niet alleen actief ondersteuning in de zorg, ze helpen ook mee om een goed werkklimaat te vestigen en dragen bij aan een lerende organisatie. Dat trekt andere professionals aan. Hier gebeurt wat, die sfeer”, legt Gerrit uit. Bovendien blijven van iedere lichting verschillende AIOS’en na afronding van hun opleiding bij GGzE werken. Vorig jaar waren dat er vijf. Ook dat is van betekenis. Zeker nu het een ongelooflijk lastige klus is om psychiaters aan je organisatie te binden.”
Betere psychiaters
Maar er is nog reden om blij te worden van die erkenning, meent Ingrid. “Onlangs zijn we gestart met gebiedsgericht werken. Dat brengt onze professionals in direct contact met andere spelers in het netwerk van cliënten. Daar moeten zij mee samenwerken. Onze kennis is geen vanzelfsprekende maat meer. Die krijgt pas betekenis in de samenwerking met anderen. Dat is wennen. Ja, ook voor psychiaters. Misschien zelfs wel juist voor psychiaters, omdat ze van oudsher gewend zijn dat hun stem het zwaarste weegt. Dat krachtenveld verandert. En daar worden zij betere behandelaren door. Dus leveren wij via onze opleiding straks ook betere psychiaters af.”
Ook in de rest van onze zorgorganisatie is positief gereageerd op het nieuws. En niet voor niets, weet Gerrit. “Dit maakt onze instelling aantrekkelijker als opleidingsorganisatie. De aanwezigheid van AIOS en de mogelijkheid om een psychiater in je directe werkomgeving te kunnen consulteren geeft rust. En uitzicht – dat ook – op continuïteit van zorg. Die staat in nagenoeg alle instellingen stevig onder druk, dus dat is echt een groot goed.”
Veel geleerd
Zoals gezegd sluiten we met die erkenning een ongemakkelijke periode af. Daar hebben we veel van geleerd, stelt Ingrid. Bijvoorbeeld hoe belangrijk het is om je governance zorgvuldig in te regelen. Want als niet glashelder is voor iedereen wie welke verantwoordelijkheid draagt en waarvoor je precies bij wie moet zijn, wordt samenwerken gemakkelijk rommelig en onduidelijk. Bovendien wil GGzE van dubbele petten af. Die werken onbedoeld onzuiverheid en onveiligheid in de hand. “Die leerwinst hebben we verzilverd. Dat heeft de RGS ook gezien.”
Blijft natuurlijk nog wel staan dat het belangrijk is om open te zijn in je samenwerking met collega’s en elkaar aan te spreken op wat er eventueel niet goed gaat. “Dat is ieders eigen verantwoordelijkheid. Wat wij moeten doen, is een klimaat scheppen waarin dat vanzelfsprekend kan. Daar doen we nu alles aan”, aldus Ingrid.