26 augustus 2022

“Nog steeds overlijdt zo’n 1% van de mensen met een eetstoornis door suïcide of aan de gevolgen van de eetstoornis zelf. In de behandeling van eetstoornissen is er dan ook nog veel ruimte voor verbetering. Om mensen met een eetstoornis nog beter te begrijpen, ben ik dit onderzoek gestart,” vertelt Ankie Roedelof, klinisch psycholoog en systeemtherapeut bij Team Eetstoornissen van GGzE.

Onderzoeksvraag

“In de praktijk viel me op dat een aantal van de cliënten met een eetstoornis een waanachtig lichaamsbeeld hadden. Ook horen sommige cliënten een stem waarbij ik me afvroeg of het mogelijk een auditieve hallucinatie is. Als het zo is, dat mensen met een eetstoornis vaker psychotische belevingen hebben, dan betekent dit dat we breder naar mensen met een eetstoornis kunnen kijken en meer behandelmogelijkheden uit de psychose-hoek zouden kunnen benutten. Voor psychotische belevingen zijn diverse goede behandelingen en het zou zonde zijn als we die dan niet ook zouden inzetten voor mensen met eetstoornissen. Dit vormt de kern van mijn onderzoeksvraag: hebben cliënten met anorexia nervosa of boulimia nervosa in het dagelijkse leven meer last van algemene psychotische ervaringen zoals wanen en hallucinaties dan gezonde leeftijdsgenoten? Aanvullend op deze vraag hebben we ook gekeken of we de kernsymptomen van een eetstoornis, een anorectische stem en het verstoorde lichaamsbeeld, als psychotische belevingen kunnen aanmerken.”

Ankie Roedelof, klinisch psycholoog en systeemtherapeut bij Team Eetstoornissen van GGzE
Ankie Roedelof, klinisch psycholoog en systeemtherapeut bij Team Eetstoornissen van GGzE

Onderzoek en uitkomsten

Ankie vervolgt: “In 2 jaar tijd hebben 50 jonge vrouwen tussen de 15 en 25 jaar met een eetstoornis en 50 gezonde vrouwen uit dezelfde leeftijdsgroep meegedaan aan het onderzoek. Volgens de experience sampling methode (ESM) kregen ze een aantal malen per dag een vragenlijstje in de app op hun mobiele telefoon. Direct nadat ze een seintje ontvingen, konden ze invullen hoe ze zich net voor het signaal voelden, wat ze dachten, wat ze deden en met wie, waar ze zich bevonden etc.”

“Uit de eerste resultaten blijkt dat cliënten met een eetstoornis veel meer algemene psychotische ervaringen hebben dan gezonde leeftijdsgenoten. We hebben de gehanteerde methode naast internationaal veel gebruikte instrumenten gelegd om er zeker van te zijn dat ESM een goede manier is om betrouwbare gegevens te verkrijgen.”

Anorectische stem

“Ook hebben we de anorectische stem duidelijk beschreven zodat het verschil tussen de stem als gedachte of innerlijke stem in het hoofd en de stem als auditieve hallucinatie helder is. Uit de vragen die hierover zijn gesteld, bleek dat de groep cliënten met een eetstoornis aantoonbaar vaker een anorectische stem als auditieve hallucinatie ervaren. In de controlegroep zien we dit niet.”

“Daarnaast hebben we het waanachtige lichaamsbeeld onderzocht. Dit is niet eerder op deze manier bevraagd. Van een waanachtig lichaamsbeeld is sprake als iemand met ondergewicht zichzelf ziet als dik en er ook van overtuigd is dik te zijn en dat anderen hem of haar zien als dik. Bovendien wijzen ze de werkelijkheid af. De onderzoeksgroep omvatte 25 vrouwen met ondergewicht waarvan er 10 een waanachtig lichaamsbeeld scoorden. Bij de controlegroep scoorde niemand hierop.”

Conclusies

Het onderzoek bevindt zich nog in de analysefase. Toch kan al een aantal conclusies worden getrokken. “Bij cliënten met een eetstoornis komen algemene psychotische ervaringen vaker voor dan bij gezonde leeftijdsgenoten. Dit maakt dat we hier met een hele kwetsbare groep mensen te maken hebben,” zegt Ankie. “De ESM lijkt een goede methode om de kernsymptomen, de anorectische stem en de lichaamswaan, te meten in het dagelijkse leven. Deze symptomen variëren van milde ervaringen tot aan extreem psychotische belevingen. We kunnen hieruit concluderen dat het nuttig is om de kennis van diagnostiek en behandeling bij psychoses te integreren met de behandeling van eetstoornissen.”

Op deze conclusies komen nog nuanceringen want dit zijn pas de eerste resultaten. Ankie: “Dat is het mooie van GGzE. Door wetenschappelijk onderzoek te faciliteren kunnen we heel gericht kijken welke zorg verbeterd kan worden en hoe we dat kunnen realiseren. In dit geval gaan we ervan uit dat dit onderzoek bijdraagt aan de verbetering van de diagnostiek en behandeling van mensen met eetstoornissen.”